Angelus Merula ( 1482-1557), weldoener en reformator in Heenvliet .
Hij werd geboren en gedoopt in Brielle en kreeg daar de naam Engel Willemsz de Merel.
Omdat hij van goede huize was, ging Engel de Merel studeren en liet hij na zijn studie zijn naam
“verlatijnsen”zoals in die tijd in hoge kringen de mode was. Hij stond en staat bekend als weldoener van de vele zwerfkinderen die in die tijd ook op ons eiland aan hun lot werden overgelaten. Over hen ontfermde Angelus Merula zich. Daarom liet hij voor deze weeskinderen, op eigen kosten, het bekende Merulaweeshuis bouwen. Ook verzocht Jan van Cruijningen, heer van Heenvliet, hem pastoor in Heenvliet te worden.
In zijn preken bekritiseerde hij de wantoestanden in de kerk en de bekende handel in aflaten.
De nieuwe Heer van Heenvliet was hier echter niet van gediend en sleepte Angelus Merula voor de inquisitie. Bij herhaling weigerde hij zijn opvattingen te herroepen. Naar men zegt, werd hij gevangen gezet in het Slot van Heenvliet. Later op hoge leeftijd werd hij verbannen naar het Zuiden van België en sleet hij zijn laatste jaren in de gevangenis van Mons (Bergen).
Hier werd hij tenslotte tot de brandstapel veroordeeld omdat hij wederom weigerde zijn geloof te herroepen. Op weg naar de brandstapel kreeg hij op zijn verzoek toestemming van de beul om nog eenmaal te bidden. Echter, tijdens dat gebed stierf hij plotseling, verzwakt door ziekte en ouderdom.
Een pijnlijke dood is hem bespaard gebleven, maar zijn lichaam eindigde op bevel van hogerhand alsnog op de brandstapel.