Woonhuis Spinoza Den Haag
Spinoza woont de laatste zeven jaar van zijn leven in Den Haag, waarvan de laatste zes jaar op de zolderverdieping van dit huis. Het huis staat bekend als Domus Spinozana. Spinoza huurt de kamer in 1669 van de kunstschilder van Spijck. De kamer is klein (2,5 x 4 met schuine wanden). Spinoza overlijdt hier op 21 februari 1677, 44 jaar oud.
Gedachtengoed op papier
Spinoza schrijft hier aan het Theologisch-politiek traktaat (1670). De Ethica (1675) en de Tractatus Politicus (Staatkundig Vertoog) verschijnen in het jaar dat hij gestorven is door toedoen van zijn vrienden. Het zijn de Opera posthuma, de Nagelate geschriften (1677). In dit huis formuleert hij zijn natuurfilosofie, de ideeën over tolerantie en vrijheid van meningsuiting, naastenliefde, politieke en religieuze instituties en de kerk.
Lenzen slijpen, instrumenten maken en tekenkunst
Spinoza verdient zijn brood door het slijpen van grote en kleine lenzen en het bouwen van wetenschappelijke instrumenten zoals de microscoop. Ook maakt hij schetsen.
Zijn biograaf Johannes Colerus (1647-1707) schrijft: 'In zijn inboedel werden verscheidene stukken van zulk geslepen glas gevonden en voor een redelijke prijs verkocht. Dat heb ik uit de rekening van de veilingmeester kunnen opmaken. Daarnaast leerde hij zichzelf de tekenkunst aan zodat hij iemands portret met inkt of houtskool kon schetsen. Ik heb een heel boekje met zijn kunstwerkjes in handen, waarin hij verschillende personen, die hij kende ..., afgebeeld heeft...'
Waarschijnlijk slijpt Spinoza zijn lenzen beneden in een achterruimte van het atelier.
Erfenis
Na de dood van Spinoza wordt in 1677 een inventaris opgesteld van de nalatenschap. Er zijn 161 boeken en wat schulden. Zijn jongste zus Rebecca weigert de erfenis en alles wordt geveild.
Peinzende filosoof (schuin tegenover het huis)
Ruim tweehonderd jaar na het overlijden van Spinoza, wordt het beeld van de filosoof onthuld. Uit zeventien inzendingen is het beeld van Frédéric Hexamer (1847-1924) gekozen. Het beeld van Spinoza is één van de oudste beelden van de stad. De peinzende filosoof kijkt uit over de Paviljoensgracht. Terwijl er in de tijd dat hij hier woonde water door de gracht stroomde, is hij nu -verzonken in gedachten- in vaste vorm gegoten.