Het gebied hier heet Het Twiske. Die naam komt uit het Oud-fries. "Twisk" betekent 'tussen' en mogelijk was de "e" in Twiske vroeger een "a", dat 'water' betekent. De volledige betekenis van Het Twiske is dan 'het tussenwater'. Dit tussenwater was waarschijnlijk de grens tussen Landsmeer en Oostzaan.
Het gebied langs het riviertje dat vanuit het noorden naar het IJ stroomt, bestond oorspronkelijk vooral uit veenweiden. In de dorpen is eeuwenlang van turfwinning geleefd. Men legde het natte veen in smalle stroken op het land te drogen. Hierdoor ontstond een landschap met smalle, lange legakkers omgeven door water, de zogenaamde petgaten.
Rond 1930 is hier begonnen met de inpoldering. Eind jaren vijftig stopte men ermee omdat de kwaliteit van de drooggelegde landbouwgrond matig was. In de jaren zestig is hier vervolgens voor de aanleg van de Coentunnel veel zand gewonnen. Daardoor ontstond een 40 meter diepe zandwinningsplas, de Stootersplas, die nu onderdeel is van een uitgebreid recreatiegebied.
