Leiden werd op 3 oktober 1574 door de Geuzen bevrijd van de Spaanse belegering. Willem van Oranje liet de dijken van Zuid Holland doorsteken om het omringende land onder water te zetten. Dankzij een gunstige wind werden de Spanjaarden door het wassende water verdreven. De wees Cornelis Joppensz vond buiten de stad in een verlaten Spaans kampement een pot vol voedsel: “hutspot”. De watergeuzen trokken de stad binnen vanaf de hier tegenover gelegen Vliet. Zij brachten haring en wittebrood mee voor de hongerende bevolking. Leidens Ontzet wordt ieder jaar groot gevierd en natuurlijk eten alle Leidenaren dan hutspot, haring en wittebrood.