Dit gebied was in oorlogstijd van het Provinciaal Ziekenhuis ‘Duin en Bosch’. Enkele gebouwen van het Provinciaal Ziekenhuis ‘Duin en Bosch’ worden in de eerste oorlogsmaand van 1940 door het Rode Kruis ingericht voor lichtgewonde en herstellende militairen. In totaal zijn daar 212 militairen verpleegd. In de nacht van 12 op 13 augustus 1940 wordt het ziekenhuis Duin en Bosch kort na middernacht getroffen door brisantbommen en brandbommen. In één van de paviljoens ontstaat grote schade. Twee patiënten worden vrijwel onmiddellijk gedood, acht raken gewond.
Patiënten en personeel van Duin en Bosch moesten in 1942 weg. Bijna 800 patiënten werden overgebracht in psychiatrische inrichtingen te Warnsveld, Den Dolder, Medemblik en Rosmalen. De Joodse patiënten, die naar Den Dolder en Rosmalen waren geëvacueerd, konden uit de handen van de bezetter worden gehouden; die naar Medemblik en Warnsfeld zijn gegaan, zijn slachtoffer van terreur geworden.
Er kwamen in de gebouwen van Duin en Bosch arbeiders wonen, die dag in dag uit aan de bunkers werkten.
Vanaf de bevrijding tot in1946 is Duin en Bosch een kamp voor gevangengenomen NSB-ers en andere ‘foute’ Nederlanders.