In de noordwest hoek van het fort van Bodegraven deed een detectorzoeker in 2000 een bijzondere vondst: een opgerold loden plaatje van 7 bij 17 cm waarop drie kolommen met een vrijwel onleesbare tekst waren gekrast. Professor Haalebos van de Radboud Universiteit in Nijmegen ontcijferde in een paar maanden tijd de namen van eenentwintig soldaten. Maar waarom stonden ze erop? Haalebos overleed in de nacht van 6 maart 2001, vlak nadat hij de sleutel tot het raadsel had ontdekt, namelijk het woord ‘AVERN’. Hij bracht het woord in verband met het Avernus Lagus, ofwel het Meer van Averno in de buurt van Napels. De Avernus is een vulkanische krater, waarin het meer zich bevindt. De Romeinse dichter Vergilius (70-19 v. Chr) beschreef het Lacus Avernus in zijn beroemde boek over Aeneas. De held Aeneas vlucht uit het brandende Troje naar Italië, met zijn oude vader Anchises op zijn rug en zijn zoontje aan de hand. Vader Anchises overlijdt onderweg. Aeneas wil zijn vader in het dodenrijk bezoeken. De sibille van Cumae, een vrouw met voorspellende gaven, begeleidt hem via de Avernus. De Romeinen beschouwden de Avernus namelijk als de toegang tot de duistere onderwereld, het dodenrijk.
Het loden plaatje uit Bodegraven met de tekst AVERN blijkt een vervloekingstablet. In Nederland is dit de eerste vondst. Het was oorspronkelijk opgerold, zodat alleen de goden het konden lezen.
Wie werden er in Bodegraven vervloekt? De ingekraste namen zijn voor het grootste deel van Latijnse oorsprong, zoals Placidus wat kalm of bedaard betekent en Lupus ofwel Wolf (op een van de afbeeldingen zie je alle ontcijferde namen).
Waarschijnlijk was er een Spaans garnizoen gelegerd in het huidige Nederland, misschien wel in Bodegraven. In een fort zaten de mannen dicht op elkaars huid. Kennelijk waren de spanningen zo hoog opgelopen, dat iemand een aantal soldaten wilde laten vervloeken.
Het loden plaatje uit Bodegraven met de tekst AVERN blijkt een vervloekingstablet. In Nederland is dit de eerste vondst. Het was oorspronkelijk opgerold, zodat alleen de goden het konden lezen.
Wie werden er in Bodegraven vervloekt? De ingekraste namen zijn voor het grootste deel van Latijnse oorsprong, zoals Placidus wat kalm of bedaard betekent en Lupus ofwel Wolf (op een van de afbeeldingen zie je alle ontcijferde namen).
Waarschijnlijk was er een Spaans garnizoen gelegerd in het huidige Nederland, misschien wel in Bodegraven. In een fort zaten de mannen dicht op elkaars huid. Kennelijk waren de spanningen zo hoog opgelopen, dat iemand een aantal soldaten wilde laten vervloeken.